Bouwmethoden
Energiezuinig ontwerpen
Energiezuinig ontwerpen en bouwen worden vaak gedaan via het trias energetica principe, welke uitgaat van een drie stappenplan.
De eerste stap
Beperking van de energievraag.
De tweede stap
Verhogen van het gebruik van duurzame energiebronnen.
De derde stap
Fossiele brandstoffen op een zo efficiënt mogelijke manier benutten.
De energiebesparing hangt af van de gekozen strategieën binnen de trias energetica.
De trias energetica kan breed toegepast worden voor nieuwbouw- of renovatieprojecten.
Besparing op energielasten, de trias energetica volgt een logisch stappenplan, bijdrage aan duurzame maatschappij.
Met het gebruik van de trias energetica is er een risico op een niet pragmatische benadering.
Nul-op-de-meter
Bij nul-op-de-meter bouwen is een gebouw zo ontworpen dat er op jaarbasis netto geen energieverbruik is. Het gebouw wordt voor energievoorziening alleen op het elektriciteitsnet aangesloten. Meestal worden zonnepanelen gebruikt die op jaarbasis het volledige energieverbruik compenseren.
De besparing op elektriciteit is 100%. Omdat nul-op-demeter soms niet gehaald kan worden, wordt gerekend met een energiebesparing van 90%.
Deze bouwmethode is vooral toepasbaar op (huur) woningen.
Besparing op energielasten, minimale afhankelijkheid van schommelingen in de elektriciteitsprijs, nul-op-demeter benadert de wens van de overheid.
Hogere investeringskosten, vastrechtkosten kunnen tegenvallen, in de winter en op donkere dagen is energie uit de warmte- en elektriciteitsnetten nodig.
All electric
Bij all-electric gebouwen wordt de energievraag compleet voorzien door middel van elektriciteit. All-electric gebouwen worden alleen op het elektriciteitsnet aangesloten. Dit betekent dat warmte elektrisch wordt geproduceerd, bijvoorbeeld met een warmtepomp of WKK.
De totale energiebesparing in all-electric gebouwen kan oplopen tot 20%.
Deze bouwmethode is vooral toepasbaar bij objecten die op grote afstand van het openbare gasnet liggen of bij projecten waar gekozen wordt voor een gasloos gebouw.
Besparing op energielasten, CO2-neutraliteit kan bereikt worden mits groene stroom wordt gebruikt.
Bij storingen kan niet in licht- en warmtevraag worden voorzien, en het succes van all-electric gebouwen is afhankelijk van de beschikbaarheid van elektrische apparaten.
Off-Grid
Off-grid gebouwen zijn niet aangesloten op het elektriciteitsnet en het openbare gasnet. Dit soort gebouwen voorziet dus compleet in de eigen energiebehoefte. Daarom zijn er buffermogelijkheden voor water en elektriciteit aanwezig, zodat het overschot aan energie in de zomer gebufferd kan worden voor de winterperiode.
De energiebesparing is 100%.
Deze bouwmethode is vooral toepasbaar op locaties met minimale of geen infrastructuur (eilanden, recreatieparken, etc.).
Onafhankelijkheid van openbare infrastructuur en van schommelingen in de energieprijs, duurzaam imago, geen gasverbruik.
Hogere investering, hogere kwetsbaarheid, hoge onderhoudskosten, buffercapaciteiten nog niet voldoende ontwikkeld voor effectieve toepassing.
CO2-neutraal bouwen
Bij CO2-neutrale gebouwen is het doel om de netto CO2-uitstoot te verlagen tot nul. Alle installaties in het gebouw maken zoveel mogelijk gebruik van duurzame energie in plaats van fossiele brandstoffen. Deze gebouwen beantwoorden aan het primaire probleem van klimaatverandering – namelijk de opwarming van de aarde door de toename van broeikasgassen.
De energiebesparing hangt af van de gekozen installaties en bronnen. De milieubesparing is maximaal.
Deze bouwmethode is breed toepasbaar in gebouwen waar duurzaamheidsoplossingen doorgevoerd kunnen worden.
Meest positieve keuze voor het milieu, draagt bij aan verduurzaming.
Hogere investeringskosten, de bouwmethode is gedreven door terugverdientijd in plaats van financiële overwegingen. Neutrale gebouwen hebben nog steeds CO2-uitstoot, maar die wordt elders gecompenseerd.
Passief bouwen
Bij passief bouwen wordt er slim gebruik gemaakt van bouwmaterialen en -methoden, om een gebouw zo energiezuinig mogelijk te verwarmen en koelen. Hier zijn vaak veel minder installaties voor nodig dan in traditionele bouw. Vaak ligt de nadruk op grondige isolatie, natuurlijke ventilatie en het slim benutten van het invallende zonlicht.
De energiebesparing op verwarming en koeling kan ca. 80% bereiken.
Deze bouwmethode is toepasbaar in zowel nieuwbouw- als renovatieprojecten.
Extreem laag energiegebruik, vermindering van energielasten, hoog thermisch comfort, binnenlucht met een zeer hoge kwaliteit.
Hogere investeringskosten, lange terugverdientijden.
Cradle-to-Cradle bouwen
Bij Cradle-to-Cradle concepten ligt de nadruk op het principe: afval is voedsel. Bij Cradle-to- Cradle bouwen wordt er gekeken naar hoe processen in de bouwsector aan elkaar gekoppeld kunnen worden zodat de klimaatimpact en afvalstromen geminimaliseerd worden. Voor Cradleto- Cradle bouwen is slim materiaalgebruik en nauwe samenwerking tussen projectpartners benodigd.
Cradle-to-Cradle ontwerp draagt bij aan het behoud van het milieu door energie- en waterkringlopen te sluiten.
Deze methode is vooral toepasbaar in het ontwerp van bouwmaterialen. Ook op grote schaal, zowel in architectuur en stedenbouw, is cradle-to-cradle bouwen toepasbaar.
Hergebruik materialen, bijdrage aan gezondere leefomgeving, ontwerpen brengen geen schade toe aan mens en milieu.
Toepasbaarheid moeilijk, implementatie vraagt om intensieve ontwerptrajecten en samenwerking.
Circulair bouwen
De circulaire economie draait om het slimme gebruik van grondstoffen en producten, zodat hun herbruikbaarheid gemaximaliseerd kan worden met minimaal waardeverlies. Voor gebouwen betekent ‘circulair’ bijvoorbeeld dat bouwmaterialen hergebruikt worden en dat het gebouw zo wordt ontworpen dat het flexibel ingezet kan worden. Om circulaire gebouwen te realiseren moeten nieuwe materialen en materiaalkringlopen ontworpen worden.
Efficiënter gebruik van materialen levert milieu-, kosten-, en energiebesparingen op.
Deze methode is vooral toepasbaar bij nieuwbouwprojecten.
Kostenbesparingen, verminderde hoeveelheid afval, langere levensduur van gebouwen door hun flexibele inzetbaarheid.
Toepasbaarheid is vooralsnog moeilijk omdat de herbruikbare materialen nog ontwikkeld moeten worden, circulair bouwen vereist intensieve samenwerkingsverbanden.
Biobased bouwen
Biobased bouwen is een verzamelnaam voor bouwtechnieken waarbij gebruik gemaakt wordt van materialen die in de natuur worden gevonden. Hout, bamboe, riet, stro en sedum zijn voorbeelden van dit soort materialen. Deze materialen zijn minder milieubelastend dan traditionele bouwmaterialen, zoals beton en gips.
Efficiënter gebruik van materialen levert milieu- en kostenbesparingen op.
Deze methode is vooral toepasbaar bij nieuwbouwprojecten.
Besparing op materiaalkosten. De gebruikte materialen zijn gemakkelijk te verkrijgen en te recyclen.
Bij biobased bouwen moet aan veel regels en standaarden worden voldaan, het gebruik van biobased materialen kan repercussies hebben voor de stevigheid van de constructie en de brandveiligheid van het gebouw.
Elektrotechniek
LED-verlichting
LED-verlichting biedt flexibele verlichtingsoplossingen met lage energielasten en onderhoudskosten. De verlichting is goed dimbaar en is verkrijgbaar in verschillende (regelbare) kleuren.
De besparing bedraagt tussen 20% en 60% op verlichting.
De techniek is toe te passen als basisverlichting, sfeerverlichting, vluchtwegverlichting en buitenverlichting.
Lange levensduur, laag energieverbruik, lage onderhoudskosten.
Marginaal hogere investeringskosten over de levensduur, de prestatie van LED-verlichting is temperatuurafhankelijk.
Dachtlichtregeling
Daglichtsensoren passen het verlichtingsniveau in ruimtes automatisch aan, rekening houdend met het binnenvallende daglicht. Deze systemen kunnen tevens voor besparing op over-gedimensioneerde verlichting zorgen.
De besparing bedraagt ongeveer 30% op verlichting.
Deze techniek is toe te passen in alle kunstmatig verlichte ruimten waar daglicht binnenvalt.
Besparing op energielasten, gelijkmatige verlichting gedurende de dag.
Investeringskosten voor het plaatsen en aansluiten van de daglichtsensoren.
Aanwezigheidschakeling
Aanwezigheidssensoren schakelen verlichting en eventueel andere installaties (zoals ventilatie) uit wanneer er niemand in de ruimte aanwezig is. Wanneer iemand zich in het detectieveld van de sensoren bevindt, worden de installaties weer ingeschakeld.
De besparing kan oplopen tot 25% op het totale energieverbruik.
Deze techniek is toe te passen in alle kunstmatig verlichte ruimten die niet continu bezet zijn. De techniek kan zowel per ruimte als ook op individuele armaturen worden toegepast.
Besparing op energielasten en het niet onnodig laten branden van verlichting.
Investeringskosten voor het plaatsen en aansluiten van de aanwezigheidssensoren.
Monitoringsysteem
Monitoringsystemen zijn systemen die installaties bewaken en/of beheren. Voorbeelden zijn systemen ten behoeve van noodverlichting, werktuigbouwkundige installaties, beveiligingsinstallaties en geïntegreerde systemen.
Ca. 12-50% op het totale energieverbruik.
Deze techniek is toe te passen in gebouwen met één of meer van de genoemde installaties.
Besparing op energielasten, verbeterde veiligheid, snellere afhandeling van storingen, lagere onderhoudskosten, meer inzicht in gebruik van gebouwen en installaties (benchmark).
Investeringskosten voor het plaatsen, aansluiten en sturen van het monitoringssysteem.
Gelijkstroomnetten
In gebouwen met een gelijkstroomnet wordt de elektrische energie (deels) aangeleverd als gelijkstroom in plaats van wisselstroom. Dit vermindert transportverliezen en zorgt ervoor dat er geen of minder omvormers nodig zijn in een gebouw. Gelijkstroomnetten kunnen naast wisselstroomnetten aangelegd worden.
De efficiëntievoordelen van gelijkstroomnetten kunnen oplopen tot 10%.
Deze methode is vooral toepasbaar in nieuwbouwprojecten.
Vermindering van conversiestappen omdat bijna elk apparaat op gelijkstroom werkt, efficiënte omzetting van energie, duurzame installaties zoals laadpalen van elektrische voertuigen en zonnepanelen kunnen gemakkelijker aangesloten worden op gelijkstroomnetten.
Gelijkstroomnetten zijn moeilijk schakelbaar en hebben hogere investeringskosten.
Werktuigbouwkundige Installaties
(klimaat)
Warmtepomp
Warmtepompen wekken energie op door warmte uit lucht, bodem of water op te nemen en om te zetten naar water of lucht met variërende temperaturen. Warmtepompen kunnen worden ingezet voor verwarming en koeling. Warmtepompen worden aangedreven met een primaire energiebron (vaak elektriciteit).
Ca. 12-50% energiebesparing op verwarming of koeling.
Deze techniek is toe te passen in gebouwen met een warmte- en/of koudevraag.
Besparing op energielasten, geen gasaansluiting nodig voor verwarming of koeling.
Hogere investering, geluidsoverlast, er is ruimte benodigd voor de installatie van de warmtepomp, voor de toepassing van de techniek moeten de traditionele cv-systemen vervangen worden door een lagetemperatuurtraject.
Gasabsorptiewarmtepomp
De gasabsorptiewarmtepomp heeft dezelfde functie als luchtwarmtepompen. Het verschil is dat dit type warmtepomp aangedreven wordt door aardgas in plaats van elektriciteit en zeer efficiënt warmte uit lucht of bodem om kan zetten naar warm of koud water.
Ca. 20-60% energiebesparing op verwarming en koeling.
Deze techniek kan worden toegepast als er veel draaiuren gemaakt worden en als de warmtevraag continue en hoog is.
Dit type warmtepomp is efficiënter dan de elektrische warmtepomp (en daarom compacter), waardoor de energielasten verminderd worden.
Hogere investeringskosten dan voor elektrische warmtepompen, werkt op een fossiele brandstof, water kan tot maximaal 60 graden Celsius verwarmd worden.
Gecontroleerd klimaatbeheersingssysteem
Software-gestuurde klimaatsystemen gebruiken geavanceerde regeltechnieken om een natuurlijk intern klimaat te bewerkstelligen. Dit soort systemen maakt gebruik van regelbare in- en uitlaatkleppen en sensoren. Door pulserende luchtdrukvariaties aan te brengen worden luchtmoleculen op diffuse wijze voortbewogen in de ruimte.
Ca. 25-50% energiebesparing op ventilatie.
Deze techniek kan worden toegepast in bestaande panden met klimaatklachten of in nieuwe gebouwen met moeilijk te klimatiseren ruimten.
Besparing op energielasten en onderhoudskosten, verhoogd comfort en vermindering van benodigde luchtkanalen.
Aan de installatie van dergelijke systemen zijn eenmalige licentiekosten verbonden, openstaande ramen of deuren zijn niet toegestaan.
VRF systeem
Een VRF systeem is een warmtepompsysteem dat de koeling of de verwarming van een gebouw op een flexibele manier kan verzorgen. Met dit systeem kan per ruimte individueel gekoeld, verwarmd of ontvochtigd worden.
Tot 60% energiebesparing op koeling en verwarming.
Deze techniek kan toegepast worden in panden met een warmte- en koudevraag die per ruimte varieert.
Besparing op energielasten, ruimten onafhankelijk van elkaar te koelen of verwarmen, individuele regeling per ruimte.
Hoge investeringskosten.
Hoogrendement warmteterugwinning
Bij warmteterugwinning (wtw) wordt de verse, in te blazen lucht opgewarmd met de warmte van de afgezogen ventilatielucht. Dit principe kan ook toegepast worden op (afval)water. Er zijn diverse technieken beschikbaar, zoals het warmtewiel en kruisstroomwisselaars.
Tot 90% energiebesparing op ventilatie.
Deze techniek kan toegepast worden in luchtbehandelingssystemen in veel verschillende typen gebouwen.
Besparing op energielasten en het nuttig gebruiken van afvalstromen.
Hogere investeringskosten.
Vochtterugwinning met sorptiewielen
De afvoerlucht van gebouwen bevat zowel warmte en vocht die beiden teruggewonnen kunnen worden met een sorptiewiel in het ventilatiesysteem. De oppervlakte van het sorptiewiel bevat een chemische stof die water kan binden of afgeven. Zo kan (warm) water hergebruikt worden.
De energiebesparing op bevochtiging bedraagt ongeveer 50-60%. Er kan 65-75% bespaard worden op de verwarming van de lucht.
Deze techniek is vooral toepasbaar in nieuwbouwprojecten en grote utiliteitsgebouwen.
Besparing op energielasten, verbetering van het thermisch comfort.
(Marginaal) hogere investeringskosten.
PCM opslag
Phase Change Materials (PCM’s) zijn materialen die gebruikt kunnen worden om warmte op te slaan of af te geven. Dit gebeurt door warmte aan de stoffen toe te voegen of te onttrekken, waardoor een faseverandering van vaste stof naar vloeistof of andersom optreedt.
Tot 40% energiebesparing op verwarming, tot 15% energiebesparing op koeling.
Deze techniek kan toegepast worden in nieuwbouw- en renovatieprojecten en kan in de spouw gespoten worden of als losstaande installatie gebruikt worden.
Besparing op energielasten en onderhoudskosten, kleiner benodigd vermogen voor verwarming en koeling, goede comfortbeleving.
Hogere investeringskosten, werking van het systeem is gevoelig voor ontwerpfouten, tot op heden alleen op kleine schaal toegepast.
Gelijkstroomventilatoren
Deze ventilatoren werken op gelijkstroom, waardoor ze beduidend minder geluidsoverlast veroorzaken en aanzienlijk minder elektriciteit verbruiken.
Tot 50% energiebesparing op ventilatie.
Deze techniek kan toegepast worden in nieuwbouw- en renovatieprojecten en zijn vooral goed toe te passen in deellastgebieden.
Besparing op energielasten, vermindering van de geluidsproductie, langere levensduur dan conventionele ventilatoren, goed en eenvoudig te regelen.
Hogere investeringskosten.
Pelletkachel
Een pelletkachel is een moderne, volautomatische gestuurde verbrandingskachel, waarin houtpellets verbrand worden. Pelletkachels hebben een optimale verbranding en een zeer hoog rendement, zodat een woning of pand op milieuvriendelijke en betaalbare wijze verwarmd kan worden.
De energiebesparing bedraagt ongeveer 50% op verwarming.
Breed toepasbaar in nieuwbouw en renovatie, voor zowel woningbouw als utiliteit.
Hoog rendement, gemakkelijke bediening, toepasbaar als gezellige warmtebron in woningen.
Hogere onderhoudskosten, geluidoverlast, er is een opslagruimte voor de pellets nodig, er moet een afvoerkanaal geplaatst worden.
Hybride ventilatie
Een hybride ventilatiesysteem kan, afhankelijk van de omstandigheden en de wensen van de gebruiker, zowel natuurlijk als mechanisch ventileren. De stand die gebruikt wordt kan met een geavanceerd controleen regelsysteem ingesteld worden.
De energiebesparing bedraagt ca. 90% op ventilatie.
Deze installatie is vooral toepasbaar in nieuwbouw.
Hoog comfort, combinatie mogelijk van de voordelen van natuurlijke en mechanische ventilatie.
Complexe samenhang van niet-standaard installatietechniek, bouwkunde, architectuur en regeltechniek.
CO2-vraaggestuurde ventilatieroosters
Een CO2-gestuurd ventilatiesysteem meet met geavanceerde CO2-sensoren de luchtkwaliteit in een ruimte en zorgt ervoor dat de ventilatieroosters verse luchttoevoer toelaten wanneer de luchtkwaliteit daarom vraagt. Deze ventilatieoplossing heeft geen onnodig energieverlies en zorgt tegelijkertijd voor een permanent optimale luchtkwaliteit.
De energiebesparing kan tot 60% op ventilatie bedragen.
Deze techniek kan worden toegepast in ruimtes waar voor natuurlijke luchttoevoer is gekozen en in ruimtes met een sterk wisselende bezetting (zoals vergaderzalen en onderwijsruimten).
Gezond binnenklimaat met aanzienlijke besparing op energielasten, de ventilatiehoeveelheid kan afgestemd worden op de luchtkwaliteit in de ruimte zodat een betere luchtkwaliteit gerealiseerd wordt.
Hogere investeringskosten.
Grondventilatiebuis
Onder de grond heerst een stabiele temperatuur tussen de 10 en 12 °C. Met een warmtewisselaar kan hier in de zomer koude lucht voor ventilatie en in de winter warme lucht voor verwarming mee worden gemaakt. Via een grondbuizensysteem met een lengte van ca. 50-100 meter wordt de warme of koude lucht naar het gebouw geleid.
Besparing van ongeveer 30% op ventilatie.
Deze techniek kan worden toegepast voor woningen en gebouwen op relatief grote percelen.
Besparing op energielasten, investering- en onderhoudskosten. Zonder koelmachine kan er toch een beperkte koeling gerealiseerd worden.
Hogere investeringskosten.
Adiabatische koeling
Adiabatische koeling is een manier om ventilatielucht te bevochtigen en te koelen. Bij adiabatische koeling wordt water aan een luchtstroom toegevoegd. Het water vernevelt in de luchtstroom. Om deze faseverandering plaats te laten vinden, wordt energie uit de omringende lucht onttrokken. Dit koelt de omringende lucht af. Deze koude luchtstroom kan vervolgens in ruimtes ingeblazen worden.
De energiebesparing op bevochtiging en koeling van de ingeblazen lucht bedraagt ongeveer 90%.
Deze techniek kan vooral worden toegepast voor ruimtes met lage menselijke bezetting, zowel in nieuwbouw- als renovatieprojecten.
Besparing op energielasten, gemakkelijke installatie.
Hogere relatieve luchtvochtigheid, waardoor ruimtes oncomfortabel kunnen worden, verandering van het verbruik en de dimensionering van de luchtgroep.
Oppervlaktewaterkoeling
De relatief lage temperaturen van oppervlaktewater (rivieren, kanalen en meren) kunnen gebruikt worden om koude lucht of koud water op te wekken voor koeling binnenshuis. Dit gebeurt met een bodemwarmtewisselaar of een wisselaar boven water.
Besparing van ongeveer 75% op koeling.
Deze techniek kan worden toegepast in gebouwen in de nabijheid van rivieren, kanalen of meren.
Besparing op energielasten, investering- en onderhoudskosten.
Beperkt koelvermogen in de zomer in verband met hogere watertemperatuur, vervuiling van systeem door buitenwater vereist periodiek onderhoud.
Infraroodverwarmingspanelen
Infraroodverwarmingspanelen verwarmen in plaats van lucht mensen. Dit gebeurt door middel van elektromagnetische straling die onzichtbaar is voor het oog. De panelen werken op elektriciteit en hebben geen opwarmtijd nodig, dus ze kunnen direct gebruikt worden wanneer de ruimte in gebruik is.
Energiebesparing op verwarming bedraagt 20%, mits de panelen aangedreven worden door duurzaam opgewekte elektriciteit.
Deze techniek kan worden toegepast als alternatief voor traditionele verwarming, binnen all-electric gebouwen en als lokale oplossing.
Past in een all-electric oplossing, direct beschikbaar (geen opwarmtijd), esthetisch, aangename warmtebeleving.
Zonder duurzaam opgewekte elektriciteit is geen echte verduurzaming mogelijk.
Werktuigbouwkundige Installaties
(water, gassen, transport)
Waterloze urinoirs
Waterloze urinoirs zijn zo gebouwd dat de urine wegstroomt tot voorbij een afsluiter of afsluitende vloeistof. Dit vermindert het watergebruik van toiletten.
De besparing op water en onderhoud kan oplopen tot 80%.
Deze techniek is breed toepasbaar binnen nieuwbouw of renovatie van toiletten met grote bezoekersaantallen.
Vermindering van waterverbruik, vermindering van CO2-uitstoot.
Hogere investeringskosten, vereist goede schoonmaak en ander onderhoud.
Grijswatersystemen
Grijs water is een verzamelnaam voor licht verontreinigd afvalwater dat afkomstig is van huishoudelijke handelingen. Grijs water kan na behandeling gebruikt worden voor toiletspoeling, wasmachine en tuinbevloeiing. Hierbij zijn filters nodig. Voor grijs water wordt vaak een helofytenfilter gebruikt.
Waterbesparing van ongeveer 30%.
Deze techniek is breed toepasbaar in nieuwbouw of renovatie.
Besparing op water, verminderde milieubelasting.
Hogere investeringskosten, aanleg extra leidingnet, lange terugverdientijd.
Hergebruik hemelwater
Hemelwater kan worden opgevangen in een buffer en vervolgens worden gebruikt voor tuinbevloeiing, toiletspoelingen, wasmachines, aanvulling van zwembadwater, enzovoorts. Voor sommige toepassingen is behandeling noodzakelijk.
Levert met name een positieve bijdrage aan het milieu door waterbesparing.
Deze techniek is breed toepasbaar in nieuwbouwof renovatieprojecten waar een behoorlijk oppervlak beschikbaar is voor de opvang van hemelwater. De techniek is ook toepasbaar bij zwembaden.
Besparing op (drink-) waterverbruik.
Hogere investeringskosten, hogere onderhoudskosten.
Hergebruik warm spoelwater
Tijdens het verversen van zwembadwater wordt koud leidingwater aan het bad toegevoegd, welk opgewarmd moet worden tot de gewenste temperatuur. Hiervoor kan het warme spoelwater gebruikt worden. Door middel van een warmteterugwinningsinstallatie kan de warmte van het spoelwater aan het leidingwater afgegeven worden.
Levert met name een positieve bijdrage aan het milieu en een lagere energierekening door een besparing op verwarming.
Deze techniek is breed toepasbaar in binnen- en buitenbaden. De techniek kan binnen nieuwbouwen renovatieprojecten ingezet worden.
Besparing op energiegebruik.
Hogere investeringskosten, hogere onderhoudskosten.
Energiezuinige zwembadpompen
Een groot deel van het energiegebruik in zwembaden wordt gebruikt voor het rondpompen van water, bijvoorbeeld tijdens het verversen van het badwater. Door de installatie van energiezuinige zwembadpompen kan het verbruikte pompvermogen sterk afnemen, waardoor de energieprestatie van het zwembad beter wordt.
De besparing op pompenergie kan oplopen tot 85%.
Deze techniek is breed toepasbaar in binnen- en buitenbaden. De techniek kan binnen nieuwbouw- en renovatieprojecten ingezet worden. Sommige energiezuinige pompen kunnen in combinatie met zonnepanelen worden ingezet.
Besparing op energiegebruik, verminderde geluidsoverlast en een vermindering van het benodigde koelvermogen.
Hogere investeringskosten.
Verduurzaming
Zonnepanelen
Een zonnepaneel bestaat uit een groot aantal fotovoltaïsche cellen die zonlicht omzetten naar elektrische energie. Er zijn veel verschillende modellen en typen op de markt die op veel verschillende gebouwtypen toegepast kunnen worden.
Rendement op eigen geïnvesteerd vermogen van ongeveer 8-12%
Zonnepanelen kunnen op vrijwel elk gebouw toegepast worden, ook verticaal (op gevels). De ontwikkeling van dunne-film zonnecellen maakt toepassing van zonnepanelen op gebogen oppervlakken en ramen mogelijk.
Besparing op energielasten, minder afhankelijk van prijsaanpassingen elektriciteit, groen imago.
Hogere investeringskosten, esthetisch minder mooi, ruimtebeslag, optimale situering niet altijd mogelijk.
Zonnecollectoren
Een zonnecollector kan zonlicht omzetten in warmte. Deze warmte kan vervolgens gebruikt worden voor proceswarmte, het verwarmen van ruimtes, of het verwarmen van tapwater. Ook kan de warmte gebruikt worden om een bron te regenereren. Voor nuttige toepassing is de installatie van een buffervat benodigd.
Energiebesparing op warm water ongeveer 50%.
Zonnecollectoren kunnen op vrijwel alle gebouwtypen toegepast worden, binnen zowel renovatie- als nieuwbouwprojecten.
Besparing op energielasten, minder afhankelijk van prijsaanpassingen van energie.
Hogere investeringskosten, alleen geschikt in combinatie met een ander systeem (warmtepomp, cv-ketel), beperkt temperatuurbereik, esthetisch minder mooi, in de winterperiode heeft deze techniek een erg laag rendement.
Thermodynamische panelen
Thermodynamische panelen halen energie uit de omgevingstemperatuur om warm sanitair water (van maximaal 55°C) op te wekken. De thermo-dynamische panelen kunnen boilers (op zowel elektriciteit als gas) vervangen. De panelen kunnen niet alleen energie uit zoninstraling opnemen, maar ook uit de temperatuur van lucht en regen. Daarom kunnen ze het hele jaar door gebruikt worden.
De energiebesparing op warm water kan oplopen tot 80%.
Deze techniek kan vooral toegepast worden in gebouwen met een hoge vraag naar warm water.
Besparing op energielasten, lagere afhankelijkheid van prijsaanpassingen van energie, er kan in meerdere weersomstandigheden energie opgewekt worden.
Hogere investeringskosten.
WKO installatie
Warmte-koude opslag (WKO) installaties maken het mogelijk om in de zomer warmte in de bodem op te slaan (en koude af te nemen) en in de winter koude op te slaan (en warmte af te nemen). Dergelijke opslag van thermische energie maakt het mogelijk voor een aanzienlijk deel in de vraag naar warmte en koude te voorzien.
Energiebesparing op warmte en koeling tussen de 50% en 80%.
Deze techniek is vooral toepasbaar in nieuwbouw met zowel warmte- als koudebehoefte.
Besparing op energielasten, geen gasaansluiting nodig waardoor het mogelijk is een gasloos gebouw te realiseren.
Hogere investeringskosten en monitoringskosten. Koelen verwarmingsvermogen dienen in balans te zijn.
Geothermie
Bij geothermie wordt vanuit minimaal 500 meter onder de grond warm water opgepompt. Deze warmte kan worden ingezet voor de verwarming van wijken of kassen of kan worden gebruikt om een bron te regenereren. Het afgekoelde water gaat retour in de grond en kan later weer worden gebruikt.
Energiebesparing op warmte en koeling tot 80%.
Deze techniek is vooral toepasbaar voor grootschalige projecten zoals woonwijken of kassencomplexen.
Besparing op energielasten, geen gasaansluiting nodig.
Hogere investeringskosten, alleen op grote schaal kosteneffectief, lange vergunningstrajecten noodzakelijk.
Riothermie
Riothermie is de naam voor het principe waarmee thermische energie uit afvalwater in het riool kan worden teruggewonnen. Deze energie kan gebruikt worden voor het verwarmen of koelen van gebouwen of installaties, die zich in de buurt van de betreffende riolering bevinden.
De energiebesparing op warmte bedraagt ongeveer 50%.
Deze techniek is vooral toepasbaar in gebieden waar nieuwe riolering wordt aangelegd.
Besparing op energielasten.
Hogere investeringskosten, lagere leveringszekerheid, nog geen standaardisatie van systemen, voorlopig kan deze techniek alleen nog toegepast worden op kleine schaal.
Windturbines
Een windturbine zet de energie van de wind om in een draaiende beweging, die door een generator omgezet kan worden in elektrische energie. Windturbines zijn er in vele soorten en maten en ze kunnen een horizontale of verticale draaias hebben.
De energiebesparing is sterk afhankelijk van het type en het aantal turbines, de locatie van de turbines en de hoogte van de rotor. De energiebesparing bedraagt tussen 50% en 80%.
Deze techniek is vooral toepasbaar in gebieden met voldoende gemiddelde windsnelheden en voldoende ruimte.
Besparing op energielasten, minder afhankelijk van prijsaanpassingen elektriciteit.
Hogere investeringskosten, geluidsoverlast, vergunningsverplichting, publieke opinie.
Venturi windturbines
Bij een venturi windturbine wordt een vleugelvormige mantel om de rotor van de windturbine geplaatst. Dit creëert lokaal een verhoogde windsnelheid, waardoor er (marginaal) meer energie opgewekt kan worden dan met traditionele windturbines.
De venturi windturbines zijn iets efficiënter dan traditionele windturbines. De energieopbrengst is afhankelijk van locatie en hoogte. De energiebesparing bedraagt tussen 50% en 80%.
Deze techniek is vooral toepasbaar in gebieden met voldoende gemiddelde windsnelheden en voldoende ruimte.
Besparing op energielasten, minder afhankelijk van prijsaanpassingen elektriciteit.
Hogere investeringskosten, geluidsoverlast, vergunningsverplichting, publieke opinie.
HRe ketels
Een HRe ketel is een cv-ketel die naast warmte ook elektriciteit produceert. De ketel kan gas heel efficiënt omzetten in elektriciteit. Daarmee is een HRe ketel voordeliger voor het milieu dan een gewone HR-107 combiketel.
De besparing hangt af van de specifieke gas en elektriciteitsvraag in een gebouw. De energiebesparing ligt rond de 20%.
Deze techniek is vooral toepasbaar op grotere schaal en daar waar voldoende warmtevraag en elektriciteitsvraag aanwezig is.
Besparing op energielasten, minder afhankelijk van prijsaanpassingen elektriciteit, gunstige milieu-eigenschappen.
Hogere investeringskosten, geen echt groene stroom.
Brandstofcellen
Een brandstofcel wekt op elektrochemische wijze elektriciteit en warmte op. In de brandstofcel worden waterstof en zuurstof samengebracht om elektriciteit, warmte en water te produceren. Dit proces kan ook omgekeerd worden om waterstof te produceren. Door waterstof op te slaan kan de brandstofceltechnologie ook als opslag werken.
De productie van elektriciteit met een brandstofcel is bijna tweemaal zo efficiënt als conventionele opwekking.
Deze techniek is vooral toepasbaar in gebouwen met voldoende elektricitieitsen warmtevraag.
Emissiesarme opwekking van elektriciteit, geruisloos (geen draaiende delen).
Hogere investeringskosten, hogere onderhoudskosten, nog niet op grote schaal toepasbaar, licht ontvlambaar, negatieve publieke opinie waterstofopslag.
Energy wall
De energy wall is een compleet gevelsysteem dat isolatie en koudebrugvrij bouwen combineert met de opwekking van elektriciteit middels dunne-film zonnepanelen in de gevel. De dunne-film zonnepanelen kunnen op veel verschillende oppervlakken toegepast worden, waardoor de gevel flexibel vormgegeven kan worden.
De energy wall vermindert de energievraag door verbeterde isolatie. Mits goed geschaald kan de energy wall in 100% van de elektriciteitsvraag voorzien.
Deze techniek is vooral toepasbaar bij nul-op-demeter projecten waar gevel-renovatie of nieuwbouw plaatsvindt.
Vermindering energielasten, korte terugverdientijd, esthetisch aangenaam, duurzame uitstraling.
Hogere investeringkosten, vereist periodiek onderhoud.
Kinetische façade
Kinetische façades kunnen zich beter aanpassen aan wisselende weersomstandigheden dan statische façades. Daarom kunnen deze kinetische façades, afhankelijk van hun ontwerp, verschilende functies hebben. Zo kunnen ze ventileren, het invallende daglicht regelen en energie opwekken.
De besparing hangt af van het type façade en de functies die de façade moet vervullen.
Deze techniek is vooral toepasbaar bij nieuwbouwprojecten en gevelrenovaties.
De façades kunnen kostenbesparingen opleveren op functies als ventilatie, verlichting en energie, de façades kunnen zich automatisch aanpassen aan weersomstandigheden, zodat optimale binnencondities gerealiseerd kunnen worden.
Hogere investeringskosten, kostenbesparingen zijn seizoens- en tijdsafhankelijk.
Zonthermisch dak
Zonthermische daken slaan hoge temperaturen (zomer en overdag) en lage temperaturen (winter en nacht) op en geven die via een warmtewisselaar af aan de gebruiker. Hiermee zijn flinke energiebesparingen mogelijk.
Het zonthermische dak kan elk jaar tot 1,8 GJ/m2 opbrengen. Op deze manier kan in de gehele warmte- en koudevraag voorzien worden.
Deze techniek is toepasbaar op zowel vlakke als hellende daken zonder beschaduwing, met name in combinatie met open of gesloten bronnen.
Besparing op energielasten, het dak is flexibel inpasbaar met aanvullende mogelijkheden zoals het sneeuwvrij houden van het dak en het behoud van de thermische balans in de bodem.
Hogere investeringskosten, mogelijkheid op lekkages.
Glasvezel collectoren
Glasvezel zonnecollectoren volgen de zon van zonsopgang tot zonsondergang en focussen het zonlicht naar een brandpunt binnen het gebouw. Vanaf dit brandpunt wordt het licht via glasvezelkabels door het gebouw verspreid. Speciale lichtarmaturen stralen de zonnestralen de ruimtes binnen. De lichtkwaliteit in het gebouw wordt hierdoor verbeterd.
De besparing op verlichting bedraagt ongeveer 60%.
Deze techniek is vooral toepasbaar bij grote gebouwen zoals ziekenhuizen, voor kamers/ werkplekken die niet direct aan een raam liggen.
Vermindering energielasten, goede lichtkwaliteit, comfortable woon- en werkomgeving.
Hogere investeringskosten, de conventionele verlichting kan niet helemaal vervangen worden omdat op donkere dagen extra verlichting nodig is.
PowerNEST
PowerNEST installaties worden op daken van hoge gebouwen geïnstalleerd en kunnen zowel zonne- als windenergie opwekken. Door de horizontale vinnen op de installatie wordt de wind lokaal versneld. Binnen in de installatie wordt een windturbine met een verticale as aangedreven.
PowerNEST kan in 100% van de energievraag van het gebouw.
Deze techniek is vooral toepasbaar op hoge gebouwen. De techniek kan zowel bij renovatie- als nieuwbouwprojecten toegepast worden.
Vermindering energielasten, geen geluidsoverlast, lage ruimtebenodigdheid, vermindering CO2-uitstoot.
Hoge investeringskosten, de energieopbrengst is afhankelijk van lokale windsnelheden en gebouworiëntatie.
Asphaltcollectoren
Met asfaltcollectoren wordt een geasfalteerde weg voorzien van leidingen waarin water door de zon kan worden opgewarmd. Deze techniek wordt met name gebruikt voor het regenereren van bronnen.
De asfaltcollectoren kunnen elk jaar tot 1,0 GJ/m2 opbrengen.
Deze techniek is voornamelijk op kleine schaal toepasbaar bij asfaltwegen dicht bij bronnen.
Besparing op energielasten, de collectoren zijn flexibel inpasbaar met aanvullende mogelijkheden zoals het sneeuwvrij houden van de weg, het behoud van de thermische balans in de bodem, het koelen van de weg waardoor de wegen langer mee gaan.
Hogere investeringskosten, mogelijkheid op lekkages.
Energy glass
Energy glass is een verzamelnaam voor glassoorten die middels verschillende principes energie besparen. Smart energy glass is in staat zonnestraling te dimmen en tegelijkertijd het ongebruikte licht om te zetten in elektriciteit. High tech verwarmingsglas levert een basisisolatie en verwarming.
De energiebesparing is afhankelijk van het soort glas. Er kan bespaard worden op zowel elektriciteit als gas.
Deze techniek is breed toepasbaar in zowel nieuwbouw en renovatieprojecten.
Besparing op energielasten (verlichting, verwarming, koeling), betere benutting van de ruimtes direct aan de ramen.
Hogere investeringskosten, mogelijkheid op lekkages.
Isolerende raamfolie
Isolerende raamfolie verhoogt de isolatiewaarde van enkel glas en dubbel glas. Er zijn verschillende typen raamfolie, die ofwel tegen ramen, ofwel tussen kozijnen worden bevestigd. De meeste folies houden thermische energie binnen. Andere folies hebben een zonwerende werking.
De energiebesparing is afhankelijk van het type folie, maar de besparing op ruimteverwarming kan oplopen tot 40-50%.
Deze techniek is vooral toepasbaar in (kleinschalige) renovatieprojecten.
Besparing op energielasten, verhoogd thermisch comfort, isolerend raamfolie is goedkoper dan het vervangen van glas, korte terugverdientijd.
Het folie gaat maar een paar jaar mee, er kunnen luchtlekken ontstaan.
Warmtekrachtkoppeling
Met een warmtekracht – koppeling (WKK) installatie wordt tegelijkertijd elektriciteit en warmte opgewekt met een hoog rendement. Een WKK kan gevoed worden met verschillende brandstoffen, zoals gas, elektriciteit en biomassa.
De energiebesparing is afhankelijk van de brandstof en het rendementsverschil tussen centrale opwekking en opwekking met een WKK installatie. Het rendementsverschil kan oplopen tot 30%.
Deze techniek is vooral toepasbaar in gebouwen met een constante warmte- en een elektriciteitsvraag. Deze techniek kan bijvoorbeeld toegepast worden in kassen en in zwembaden.
Besparing op energielasten, hoog rendement, weinig transportverliezen.
Hogere investeringskosten, geen echt groene stroom.
Bio-energie
Onder bio-energie vallen elektriciteit, warmte of gas die gewonnen zijn uit organisch materiaal (biomassa) zoals hout, groente-, fruit- en tuinafval, rioolslib en mest. Biomassa kan op verschillende manieren duurzame energie leveren.
Er zijn zeer veel mogelijkheden om energie te besparen met bio-energie.
Deze techniek is vooral toepasbaar voor mobiliteit (biogas) en de bebouwde omgeving (elektriciteit door verbranding). De aanlevering van grote hoeveelheden biomassa is hierbij van belang.
Besparing op fossiele brandstoffen.
Niet-duurzame productie van grondstoffen (concurrentie landbouw en bosbouw), laag rendement, variërende energieproductie, luchtvervuiling.
Beheer en Onderhoud
Onderhoud en exploitatie
Om onderhoud en exploitatie inzichtelijk te maken, wordt een meerjarig onderhoudsplan (MJOP) opgesteld. Het MJOP geeft u in één oogopslag de te verwachten kosten voor onderhoud of vervanging, op de korte en de lange termijn weer. Zo weet u direct wat u jaarlijks moet reserveren om deze kosten over een langere periode gedekt te hebben en voorkomt u onverwachte onderhoudsuitgaven.
U kunt besparen op exploitatiekosten en investeringskosten.
MJOP’s kunnen worden opgesteld voor de bestaande bouw, renovatie, verduurzamingstrajecten, assetmanagement en portefeuilliebeheer.
Lagere budgetten voor onderhoud benodigd, verlaging van interne kosten, mogelijkheden tot verduurzaming.
Intensief voortraject noodzakelijk voor het opstellen van het MJOP, het MJOP dient continu bijgehouden te worden.
Life Cycle Costing
Life Cycle Costing (LCC) is een methode om de gehele levensduur van een gebouw financieel te beoordelen. De LCC verschaft inzicht in de werkelijke kosten van uw investeringen. Onze adviseurs kunnen u ontzorgen door opties te geven in: materiaalkeuze, het afwerkniveau en energieverbruik van de installaties. Hiermee bespaart u veel geld tijdens de exploitatiefase.
U kunt besparen op exploitatiekosten en vervangingskosten.
LCC kan gebruikt worden voor bestaande bouw, renovatie- en verduurzamingstrajecten en assetmanagement.
Lagere exploitatiekosten, keuzemogelijkheden m.b.t. bedrijfsvoering (mate van investering), mogelijkheden tot verduurzaming.
Invloed van inflatie wordt buiten beschouwing gelaten, LCC dient jaarlijks getoetst te worden aan de ambities van de organisatie.
Contractmanagement
Veel organisaties zijn zich gaan richten op hun kernactiviteiten. Uitvoering van activiteiten die ze niet in eigen beheer kunnen of willen uitvoeren, besteden ze uit aan andere partijen. Om een goed overzicht te houden op contracten is contractmanagement essentieel. Denk hierbij aan prestatiecontracten zoals DBFMO (Design, Build, Finance, Maintain and Operate) en ESCO (Energy Service Company).
U kunt besparen op interne kosten en exploitatiekosten.
Contractmanagement kan toegepast worden voor bestaande bouw, renovatie, verduurzamingstrajecten en assetmanagement.
Zekerheid, optimale afstemming en monitoring van prestaties, ontzorgen van eigen personeel.
Intensief voortraject waarbij prestatiefactoren worden bepaald, intensieve monitoring van afspraken benodigd.